Scholen hebben de volgende rechten en plichten: vrijheid van onderwijs, toelating, ordemaatregelen, schorsing en verwijdering, invulling onderwijs, zorgplicht bij aanmelding, zorgplicht voor een veilige omgeving, meldcode huiselijk geweld, zorgplicht kwaliteit onderwijs en informatieplicht.
De school van aanmelding is verantwoordelijk is voor het vinden van passend onderwijs. Dit kan ook op een andere school zijn.
Na de aanmelding heeft de school 6 weken de tijd om te beslissen over de toelating van de leerling. Deze periode kan eenmaal met 4 weken worden verlengd. Als er na 10 weken nog geen besluit is genomen, dan heeft de leerling recht op een tijdelijke plaatsing op de school van aanmelding.
Scholen hebben de volgende rechten:
In Artikel 23 van de Grondwet staat het recht op vrijheid van onderwijs. Iedereen kan op grond van dit artikel een school oprichten en het onderwijs zelf inrichten. Wel heeft de overheid randvoorwaarden opgesteld waaraan scholen moeten voldoen, zoals het verplichten van bepaalde vakken. Door het recht op vrijheid van onderwijs kunnen scholen verschillend zijn.
De school beslist over de toelating en verwijdering van leerlingen tot en van de school. De toelating mag niet afhangen van geld, godsdienst of levensbeschouwing. Openbare scholen zijn toegankelijk voor alle kinderen.
Om te kunnen beoordelen of je kind een extra ondersteuningsbehoefte heeft, kan de school bij aanmelding gegevens opvragen over eventuele stoornissen, handicaps of beperkingen in het onderwijs van je kind. Als je weigert om gegevens aan de school te verstrekken over de eventuele ondersteuningsbehoeften van je kind, dan kan de school besluiten om de aanmelding niet te behandelen. Als een leerling wordt geweigerd die extra ondersteuning nodig heeft, draagt de school er zorg voor om een andere geschikte school voor de leerling te vinden. Het samenwerkingsverband kan hierin ondersteuning bieden.
Als kinderen zich misdragen op school, mag de school reageren met een ordemaatregel, zoals het terechtwijzen of het fysiek aanraken van de leerling om de orde te bewaren. Dit is alleen toegestaan als er gegronde redenen voor zijn, bijvoorbeeld om je kind tegen zichzelf of tegen andere kinderen te beschermen.
Een school mag een leerling in bepaalde gevallen schorsen of verwijderen, zodat het kind (tijdelijk) geen toegang heeft tot de school. Een leerling mag voor maximaal één week worden geschorst. De school stelt ouders schriftelijk op de hoogte van schorsing. De Onderwijsinspectie wordt op de hoogte gesteld bij schorsingen langer dan één dag. Een kind kan worden verwijderd van school, maar alleen nadat de betrokken groepsleraar en de ouders zijn gehoord. Een verwijdering wordt gezien als laatste optie en hier moeten zwaarwegende redenen voor zijn. De school is in geval van verwijdering verplicht om een andere school te zoeken voor de leerling. Pas als er een nieuwe passende plek gevonden is, mag de leerling van school worden verwijderd.
De school heeft zorgplicht. Dit houdt in dat jullie samen op zoek gaan naar een school die het beste de specifieke ondersteuning kan bieden die jouw kind nodig heeft. Elk kind heeft namelijk recht op onderwijs dat het best passend voor hem of haar is. Dit gebeurt bij voorkeur op een plek waar jouw kind zich samen met andere kinderen kan ontwikkelen.
Nodigt de school je uit voor een gesprek? Vraag aan de school wat precies het doel is van het gesprek. Welke punten zij willen bespreken. En wie er nog meer bij het gesprek is. Bedenk vóór het gesprek goed wat je zelf wil bespreken. Waar je je zorgen over maakt (met voorbeelden) en wat juist goed gaat. Het is handig om dit voor jezelf op te schrijven. De aantekeningen kun je gebruiken bij het gesprek.
Het is belangrijk dat je als ouder goed samenwerkt met de school. Jij kent je kind goed en ziet hoe het thuis met je kind gaat. En jij weet wat je kind nodig heeft. De school ziet hoe het met je kind op school gaat.
De basisschool stelt het advies voor leerlingen in groep 8 op. Als je het als ouder niet eens bent met het advies van de school, kan je de volgende dingen doen:
Het is niet nodig om een diagnose zoals ADHD of autisme te hebben, voordat de school extra hulp kan geven. Maar een diagnose kan de school soms wel helpen om te weten welke hulp je kind nodig heeft.
Ouders hebben in Nederland het recht om zelf een school te kiezen voor hun kind. Dat geldt in principe ook voor het kiezen van een S(B)O school.
Een school mag een leerling weigeren als de school vol is. Maar, een school moet altijd een consequent en transparant toelatingsbeleid voeren. Daarbij hoort dat het toelatingsbeleid ook voor de ouders toegankelijk is.
De schoolleiding en leerkrachten en jij als ouder natuurlijk, mogen gegevens over jouw kind inzien en ook samen bespreken. Ook mag de onderwijsinspectie altijd om informatie over kinderen vragen, zodat de inspectie kan onderzoeken of een school zijn werk goed doet.
Soms heeft de school gegevens van jouw kind nodig. Bijvoorbeeld een verslag van een onderzoek of behandeling. De school mag alleen verslagen lezen als jij hier toestemming voor geeft. Zeg niet zomaar ja of nee. Denk goed na welke informatie nodig is om met de school te delen. Je kunt eerst vragen stellen aan de school. Waarom ze de informatie nodig hebben bijvoorbeeld. En wie het allemaal kunnen lezen.
Er kunnen verschillende redenen zijn waarom jij en de school iets anders vinden. Jij ziet je kind thuis, ziet hoe het zich voelt en luistert naar wat het vertelt over school. De leerkracht ziet jouw kind alleen op school. Deze situaties kunnen anders zijn. Ook kan het zijn dat jij en de school anders denken over wat je bij jouw kind ziet.
Veel scholen vragen aan ouders elk jaar een financiële bijdrage. Deze bijdrage is altijd vrijwillig, ouders mogen er zelf een besluit over nemen en zijn niet verplicht om deze te betalen.
De school waar je kind vandaan komt, moet informatie over je kind geven aan de nieuwe school. Die nieuwe school kan een andere reguliere school zijn, speciaal onderwijs of de middelbare school. De school geeft de informatie door het maken van een onderwijskundig rapport (OKR).
Alle scholen hebben een schoolbestuur. Het schoolbestuur is eindverantwoordelijk voor beslissingen die te maken hebben met de school en het onderwijs dat gegeven wordt. Het schoolbestuur neemt de belangrijke beslissingen over de school. Dit doen ze meestal voor meer dan één school. Soms is een schoolbestuur ook verantwoordelijk voor kinderopvang. Wanneer scholen en opvang helemaal geïntegreerd zijn spreken we van een integraal kindcentrum (IKC).
In het schoolondersteuningsprofiel (SOP) legt de school ten minste eenmaal per 4 jaar vast hoe zij de ondersteuning van leerlingen invult. In dit document staat wat de basisondersteuning is, maar vind je ook de extra ondersteuning die de school kan bieden met hulp van het samenwerkingsverband.
Soms vraagt de basisschool om informatie over jouw kind aan de kinderopvang of de school waar jouw kind eerder op zat. Bijvoorbeeld omdat ze dan met het onderwijs beter kunnen aansluiten bij wat er al bekend is over jouw kind. En ze vragen toestemming voor een gesprek met de leiding of leerkracht die jouw kind al kent. Dit wordt een warme overdracht genoemd.
Een transparant toelatingsbeleid betekent dat de school bijvoorbeeld in de schoolgids en/of op de website van de school een toelichting kan geven over het beleid.
Als een leerling op meerdere scholen wordt aangemeld, wordt aan ouders gevraagd welke school hun voorkeur heeft. Deze voorkeurschool krijgt zorgplicht. Bij de aanmelding geven ouders aan of zij verwachten dat hun kind extra ondersteuning nodig heeft.
ls je het niet eens bent met de geboden plek, heb je een aantal mogelijkheden. De eerste stap is samen met de school proberen om een oplossing te vinden. Als je er met de school niet uitkomt kun je de volgende stappen zetten: * Ouders kunnen contact opnemen met het samenwerkingsverband van de school van aanmelding. * Ouders (of school) kunnen de hulp inroepen van een onderwijsconsulent. * Ouders kunnen bezwaar maken bij het bevoegd gezag van de school. * Ouders kunnen een oordeel vragen aan de landelijke geschillencommissie passend onderwijs. * Ouders kunnen een oordeel vragen aan het College voor de Rechten van de Mens. * Ouders kunnen naar de rechter stappen.
Hieronder staan de plichten genoemd waar elke school in Nederland mee te maken heeft.
De school heeft zijn verplichtingen, maar ook ouders hebben deze.
Waar heb ik als ouder recht op ten aanzien van onderwijs? Goede communicatie tussen ouders en school is heel erg belangrijk! Die communicatie is mogelijk als beide partijen zich bewust zijn van hun rechten en plichten en aan de hand daarvan een gemeenschappelijke basis weten te vinden. Er is altijd een gemeenschappelijk belang: het welzijn van het kind dat onderwijs volgt. Wat zijn mijn rechten als ouder?
Ieder kind is anders. Wanneer jouw kind extra ondersteuning of een eigen aanpak op school nodig heeft, dan kun je in het schoolondersteuningsprofiel (SOP) van de school van jouw keuze zien of deze ondersteuning geboden kan worden. In een gesprek met de school kun je als ouder je vragen over het ondersteuningsprofiel stellen en kan de school dit profiel toelichten.
Als je kind extra hulp nodig heeft, heeft de school informatie nodig om te onderzoeken welke hulp dat moet zijn. De school kan vragen om verslagen van onderzoeken of vragen om contact met de kinderopvang of de oude school, voor informatie over jouw kind. De school kan ook vragen of ze mogen overleggen met een zorgverlener van jouw kind. Dat mag alleen als jij hier toestemming voor geeft.
We proberen uiteraard op zoveel mogelijk vragen antwoord te geven. Staat de vraag waar jij als ouder van een schoolgaand kind mee zit er toch nog niet bij? Stel deze dan hieronder aan ons.